Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En dit woord [11]was zeer kwaad in Abrahams ogen, ter oorzake van zijn zoon. 11. Dat is, misviel hem zeer, om de liefde, die bij zijn zoon Ismael toedroeg, en om de belofte, die hij van God voor hem gekregen had; boven hfdst.17 vs.18,20. Kwaad, wordt gezegd, in iemands ogen te zijn, wat hem mishaagt en onaangenaam is; alzo in het volgende vs. vs.12 en onder hfdst.28 vs.8; Ex.21:8; Num.11:10.